Inhoudsopgave:
Definitie - Wat betekent Bus?
Een bus is een subsysteem dat wordt gebruikt om computeronderdelen met elkaar te verbinden en gegevens over te dragen. Een interne bus verbindt bijvoorbeeld computerinternals met het moederbord.
Een bus kan parallel of serieel zijn. Parallelle bussen verzenden gegevens over meerdere draden. Seriële bussen verzenden gegevens in bit-serieel formaat.
Techopedia legt Bus uit
Een bus was oorspronkelijk een elektrische parallelle structuur met geleiders verbonden met identieke of vergelijkbare CPU-pinnen, zoals een 32-bit bus met 32 draden en 32 pinnen. De vroegste bussen, vaak elektrische stroombussen of busbars genoemd, waren draadcollecties die randapparatuur en geheugen met elkaar verbonden, met één bus aangewezen voor randapparatuur en een andere bus voor geheugen. Elke bus bevatte afzonderlijke instructies en verschillende protocollen en timing.
Parallelle busstandaarden omvatten ATA (Advanced Technology Attachment) of SCSI (Small Computer System Interface) voor apparaten met een printer of harde schijf. Seriële busstandaarden omvatten universele seriële bus (USB), FireWire of seriële ATA met een daisy-chain-topologie of hubontwerp voor apparaten, toetsenborden of modemapparaten.
Typen computerbussen zijn als volgt:
- Systeembus: een parallelle bus die tegelijkertijd gegevens overbrengt in 8-, 16- of 32-bits kanalen en het primaire pad is tussen de CPU en het geheugen.
- Interne bus: verbindt een lokaal apparaat, zoals intern CPU-geheugen.
- Externe bus: verbindt randapparatuur met het moederbord, zoals scanners of schijfstations.
- Expansion Bus: geeft uitbreidingskaarten toegang tot de CPU en RAM.
- Frontside Bus: hoofdcomputerbus die de snelheid van de gegevensoverdracht bepaalt en het primaire pad voor gegevensoverdracht is tussen de CPU, RAM en andere moederbordapparaten.
- Backside Bus: overdracht van secundaire cachegegevens (L2-cache) met hogere snelheden, voor efficiëntere CPU-bewerkingen.
